Door Bert Breij
Arbeidsmigranten – neen, ik heb het hier niet over de uitverkoren kaste van bij. ASML – zijn onmisbaar in Nederland. Ze zijn werknemers die vrijwillig hun land verlaten om in een ander land te werken, vaak vanwege economische motieven zoals hogere lonen of betere werkomstandigheden. In Nederland vullen zij tekorten op in sectoren zoals landbouw, logistiek, zorg en de dienstensector. In de agrarische sector is 25% van de arbeidskrachten arbeidsmigrant, in de logistiek ligt dit percentage rond de 20%, en in de zorg en dienstensector wordt steeds meer een beroep gedaan op arbeidsmigranten om gaten in het personeelstekort op te vullen. De bouwsector heeft naar schatting jaarlijks 40.000 extra arbeidsmigranten nodig om de huidige vraag bij te benen. In de zorgsector is de situatie nog nijpender: de komende jaren zijn er meer dan 700.000 extra zorgprofessionals nodig om aan de groeiende vraag te voldoen (SER, 2023). In 2022 waren er volgens het CBS ruim 400.000 arbeidsmigranten actief in Nederland, waarvan het merendeel uit Midden- en Oost-Europa kwam. Voor veel arbeidsmigranten betekent dit toegang tot een hoger inkomen dan in hun thuisland, waar gemiddeld 30-50% minder wordt verdiend. Tegelijkertijd moeten we oppassen dat we arbeidsmigranten niet te moeilijk maken om naar Nederland te komen en hier te werken. Als andere landen, zoals Duitsland of Spanje, betere voorwaarden bieden, zullen zij hun brood daar verdienen, en blijven wij met de gebakken peren zitten. Nederland moet dus een aantrekkelijk land blijven voor arbeidsmigranten door eerlijke lonen, goede huisvesting en integratiemogelijkheden te garanderen. Anders missen we niet alleen de broodnodige handen, maar ook de lange termijn stabiliteit die zij kunnen bieden.
